Vrijhandelsovereenkomst EU-Nieuw-Zeeland

De overeenkomst schrapt douanerechten en bureaucratie waarmee Europese bedrijven worden geconfronteerd wanneer ze naar Nieuw-Zeeland exporteren.

De overeenkomst in één oogopslag

De vrijhandelsovereenkomst tussen de Europese Unie en Nieuw-Zeeland, ondertekend te Brussel op 9 juli 2023, treedt in werking op 1 mei 2024.

Meer informatie

Houd er rekening mee dat de informatie op deze pagina in 2022 is geproduceerd. Het is belangrijk op te merken dat vanwege de dynamische aard van handelsbetrekkingen, sommige gegevens mogelijk niet langer actueel zijn. Zie voor meer informatie over de handelsovereenkomst tussen de EU en Nieuw-Zeeland de belangrijkste elementen van de handelsovereenkomst tussen de EU en Nieuw-Zeeland.

Navigeer naar de EU-Nieuw-Zeeland om de alomvattende tekst van de overeenkomst te verkennen: Tekst van de overeenkomst. De tekst is gemakkelijk opgedeeld in hoofdstukken en bijlagen voor eenvoudig overleg.

Hoogtepunten

De huidige bilaterale handel van de EU met Nieuw-Zeeland bedraagt al 7,8 miljard euro per jaar voor goederen en 3,7 miljard euro voor diensten. De EU exporteert naar Nieuw-Zeelandse goederen ter waarde van 5,5 miljard EUR per jaar en importeert Nieuw-Zeelandse producten van 2,3 miljard EUR, wat resulteert in een handelsoverschot voor de EU van 3,2 miljard euro.

Wat diensten betreft, exporteert de EU meer dan twee keer zoveel als zij invoert: 2,6 miljard EUR aan diensten die door EU-bedrijven aan klanten in Nieuw-Zeeland worden geleverd, tegenover 1,1 miljard EUR aan diensten die door bedrijven uit Nieuw-Zeeland aan EU-cliënten worden geleverd.

Volgens een effectbeoordeling van de vrijhandelsovereenkomst zal de handel tussen Nieuw-Zeeland en de EU naar verwachting met 30 % toenemen, met afschaffing van de tarieven alleen al voor bedrijven die 140 miljoen EUR aan rechten per jaar besparen. Bovendien zouden de investeringsstromen van de EU naar Nieuw-Zeeland met meer dan 80 % kunnen toenemen.

De overeenkomst:

  • aanzienlijke economische kansen creëert voor bedrijven, landbouwers en consumenten;
  • eerbiedigt het klimaatakkoord van Parijs en de fundamentele arbeidsrechten, die in laatste instantie kunnen worden afgedwongen door middel van handelssancties, en
  • verstevigt de banden van de EU met een gelijkgestemde bondgenoot in de economisch dynamische Indo-Pacifische regio.

Belangrijkste elementen van de overeenkomst

  1. Handel in goederen

De overeenkomst schrapt de rechten op alle EU-goederen die bij de inwerkingtreding van de overeenkomst naar Nieuw-Zeeland worden uitgevoerd, met inbegrip van levensmiddelen en dranken en met name hoge rechten op industriële producten. Ook worden de rechten van de EU op de meeste Nieuw-Zeelandse goederen die naar de EU worden uitgevoerd, afgeschaft of aanzienlijk verlaagd.

  1. Oorsprongsregels

De EU en Nieuw-Zeeland hebben overeenstemming bereikt over de oorsprongsregels, die waarborgen dat alleen producten die aanzienlijk in een van de partijen zijn verwerkt, kunnen profiteren van de tariefpreferenties van de overeenkomst. De oorsprongsdocumentatie is gebaseerd op zelfcertificering door bedrijven. De controle is gebaseerd op contacten met de importeur door de lokale douane en kan worden gevolgd door administratieve samenwerking tussen de douaneautoriteiten.

  1. Douane en handelsbevordering

De EU en Nieuw-Zeeland streven naar efficiënte douaneprocedures voor handelaren, met adequate bepalingen ter waarborging van transparantie van de wetgeving, formulieren, procedures waaraan aan de grens moet worden voldaan, gemakkelijke toegang tot informatie over toegepaste tarieven, toegang tot contactpunten in geval van onderzoek en raadpleging van bedrijven voorafgaand aan de vaststelling van nieuwe douanewetgeving.

  1. Rechtsmiddelen voor de handel

De overeenkomst bevestigt de mogelijkheid om oneerlijke handel tussen de partijen aan te pakken door gebruik te maken van de handelsbeschermingsinstrumenten (antidumping, antisubsidie, wereldwijde waarborgen). De overeenkomst omvat ook een bilateraal vrijwaringsmechanisme, dat de EU en Nieuw-Zeeland in staat stelt tijdelijke maatregelen in te stellen indien een aanzienlijke toename van de preferentiële invoer ernstige schade voor hun binnenlandse bedrijfstak veroorzaakt of dreigt te veroorzaken.

  1. Sanitaire en fytosanitaire maatregelen

Het hoofdstuk over sanitaire en fytosanitaire aangelegenheden, dat betrekking heeft op voedselveiligheid, de gezondheid van dieren en planten, antimicrobiële resistentie (AMR) en fraude met verhandelde grondstoffen, handhaaft hoge normen. De overeenkomst bevestigt de beginselen van de SPS-overeenkomst van de WTO, met inbegrip van het „voorzorgsbeginsel”, wat betekent dat overheidsinstanties een wettelijk recht hebben om op te treden ter bescherming van de gezondheid van mens, dier of plant, of het milieu, zelfs wanneer de wetenschappelijke analyse niet overtuigend is.

  1. Duurzame voedselsystemen

De EU en Nieuw-Zeeland werken samen aan het versterken van beleid en het definiëren van programma’s die bijdragen tot de ontwikkeling van duurzame, inclusieve, gezonde en veerkrachtige voedselsystemen en gezamenlijk deelnemen aan de transitie naar duurzame voedselsystemen.

  1. Dierenwelzijn

De EU en Nieuw-Zeeland verbinden zich ertoe bilateraal en internationaal samen te werken om de ontwikkeling en toepassing van wetenschappelijk onderbouwde dierenwelzijnsnormen te bevorderen.

  1. Technische handelsbelemmeringen

De overeenkomst bevordert transparantie en het gebruik van internationale normen om de toegang tot de markt te vergemakkelijken en tegelijkertijd de beschermingsniveaus te waarborgen die elke partij passend acht. EU-bedrijven kunnen aantonen dat zij voldoen aan de technische voorschriften van Nieuw-Zeeland door conformiteitsbeoordelingen die in de EU door erkende instanties voor bepaalde sectoren worden uitgevoerd. Nieuw-Zeeland heeft ingestemd met het aanvaarden van EU-typegoedkeuringscertificaten voor motorvoertuigen, en veel categorieën daarvan die in de EU zijn goedgekeurd, behoeven geen verdere certificering. Markerings- en etiketteringsvoorschriften kunnen ook worden uitgevoerd op het grondgebied van de invoerende partij en beide partijen kunnen samenwerken op het gebied van markttoezicht. De overeenkomst bevat bijzondere bepalingen inzake wijn en gedistilleerde dranken om een platform te bieden voor de bevordering van normen op het gebied van de wijnproductie en -etikettering, teneinde de convergentie van deze normen te vergroten.

  1. Liberalisering van investeringen en handel in diensten

De overeenkomst waarborgt een gelijk speelveld tussen EU-dienstverleners en hun concurrenten in Nieuw-Zeeland. De betrokken diensten omvatten een breed scala aan sectoren en er bestaan sectorspecifieke regelgeving voor bezorgdiensten, telecommunicatie, financiële diensten en internationale zeevervoersdiensten. De overeenkomst bevat ook bepalingen over het verkeer van beroepsbeoefenaren voor zakelijke doeleinden, zoals managers of specialisten die EU-ondernemingen posten bij hun dochterondernemingen in Nieuw-Zeeland en hun familieleden.

  1. Digitale handel

De overeenkomst waarborgt voorspelbaarheid en rechtszekerheid voor bedrijven en een veilige onlineomgeving voor consumenten die grensoverschrijdende digitale handelstransacties aangaan en belemmeringen wegnemen en discriminatie tussen online en offline activiteiten voorkomen. Het vergemakkelijkt grensoverschrijdende gegevensstromen door te voorzien in een verbod op ongerechtvaardigde gegevenslokalisatievereisten, met behoud van een hoog niveau van persoonsgegevens en privacybescherming dat een belangrijke bijdrage levert aan het vertrouwen in de digitale omgeving.

  1. Kapitaalverkeer, betalingen en overdrachten en tijdelijke vrijwaringsmaatregelen

Dit hoofdstuk bepaalt dat als een bepaalde transactie in het kader van de overeenkomst wordt geliberaliseerd (bv. de oprichting van een buitenlandse onderneming voor directe investeringen) ook het voor de transactie benodigde geld moet worden overgemaakt (bv. de bijdrage van de investeerder aan het kapitaal van de buitenlandse filiaal, betalingen in verband met andere transacties, zoals de handel in goederen). Tegelijkertijd stelt dit hoofdstuk beide partijen in staat om, indien nodig, maatregelen te nemen bij de toepassing van haar wet- en regelgeving, bijvoorbeeld met betrekking tot faillissement, handel in of handel in effecten.

  1. Overheidsopdrachten

De EU en Nieuw-Zeeland openen hun aanbestedingsmarkten wederzijds verder dan wat reeds onder de WTO-overeenkomst inzake overheidsopdrachten (GPA) valt. Nieuw-Zeeland staat EU-bedrijven toe om op voet van gelijkheid met lokale bedrijven in te schrijven voor contracten met alle overheidsinstanties waarvan de aanbestedingsregels zijn geregeld. In ruil daarvoor opent de EU voor Nieuw-Zeelandse leveranciers en dienstverleners de aankoop van alle goederen en diensten door centrale overheidsinstanties die nog niet onder de GPA vallen, de aankoop van gezondheidsgerelateerde goederen (farmaceutica en medische hulpmiddelen) door regionale overheidsinstanties en de aanbesteding van aanbieders van openbaar nut die actief zijn op het gebied van havens en luchthavens.

  1. Concurrentieverstorend gedrag en concentratiecontrole

De EU en Nieuw-Zeeland zijn het erover eens dat in beide rechtsgebieden doeltreffende mededingingswetten moeten worden gehandhaafd, die door operationeel onafhankelijke autoriteiten ten uitvoer worden gelegd. Deze autoriteiten moeten op transparante en niet-discriminerende wijze handelen, waarbij de rechten van de verdediging worden geëerbiedigd. De overeenkomst voorziet ook in samenwerking tussen de autoriteiten.

  1. Subsidies

De EU en Nieuw-Zeeland erkennen dat bepaalde subsidies de goede werking van de markten kunnen verstoren en het milieu kunnen schaden, en zijn daartoe overeengekomen dat in beginsel geen subsidies mogen worden toegekend die de mededinging of het handelsverkeer negatief beïnvloeden of het milieu schaden. Voorts zijn de EU en Nieuw-Zeeland het eens geworden over een alomvattend transparantiemechanisme waarmee subsidies aan zowel aanbieders van goederen als diensten openbaar moeten worden gemaakt.

  1. Staatsbedrijven

De overeenkomst bevat bindende regels voor het gedrag van staatsbedrijven, aangewezen monopolies en ondernemingen waaraan exclusieve of bijzondere privileges (SOE’s) zijn toegekend. De regels zorgen voor een gelijk speelveld door te eisen dat de staatsondernemingen handelen op basis van commerciële overwegingen en non-discriminatie. Dit betekent dat de aankoop- en verkoopbeslissingen van de staatsondernemingen volgens de beginselen van de markteconomie zodanig moeten worden gemotiveerd dat een particuliere onderneming zou handelen.

  1. Intellectuele eigendom

De EU en Nieuw-Zeeland hebben ingestemd met alomvattende bepalingen inzake intellectuele eigendom voor de doeltreffende bescherming en handhaving van intellectuele-eigendomsrechten die innovatie en creativiteit voor de respectieve industrieën aanmoedigen. De overeenkomst bevat bepalingen inzake auteursrechten en naburige rechten, merken, tekeningen en modellen van nijverheid, plantenrassen en bescherming van niet-openbaar gemaakte informatie, alsmede solide bepalingen inzake IE-handhaving, met inbegrip van grensmaatregelen. Wat geografische aanduidingen (GA’s) betreft, beschermt de overeenkomst de volledige lijst van EU-wijnen en gedistilleerde dranken en 163 van de meest gerenommeerde GA’s voor levensmiddelen in de EU, en voorziet zij in de mogelijkheid om in de toekomst meer GA’s toe te voegen. Dit maakt het illegaal om imitaties te verkopen.

  1. Handel en duurzame ontwikkeling

De overeenkomst bevat een specifiek hoofdstuk over handel en duurzame ontwikkeling (TSD) dat betrekking heeft op arbeid, empowerment van vrouwen en milieu- en klimaataangelegenheden. Bovendien voorziet het hoofdstuk over handel en duurzame ontwikkeling voor het eerst in de handelsovereenkomst van de EU in de mogelijkheid van handelssancties als laatste redmiddel in geval van ernstige schendingen van de kernverbintenissen inzake handel en duurzame ontwikkeling. Het beschermt het recht van beide partijen om te reguleren en verbiedt de partijen om hun wetten te verzwakken of niet af te dwingen om handel of investeringen aan te moedigen. De overeenkomst biedt maatschappelijke organisaties een actieve rol bij het toezicht op de uitvoering van de overeenkomst.

  1. Maori

De EU en Nieuw-Zeeland erkennen het belang dat alle Nieuw-Zeelanders, met inbegrip van Māori, kunnen profiteren van de handels- en investeringsmogelijkheden die de overeenkomst met zich meebrengt. Bijzondere bepalingen zorgen voor het vergemakkelijken van de samenwerking op het gebied van de handel in Māori-producten en de uitwisseling van informatie.

  1. Betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld

De overeenkomst geeft het maatschappelijk middenveld een prominente rol bij de uitvoering ervan, onder meer met betrekking tot de bepalingen inzake handel en duurzame ontwikkeling. De EU en Nieuw-Zeeland zullen niet-gouvernementele organisaties, bedrijfs- en werkgeversorganisaties en vakbonden actief houden op het gebied van economische, duurzame ontwikkeling, sociale, mensenrechten, milieu en andere aangelegenheden op het gebied van de uitvoering van de overeenkomst. Deze maatschappelijke organisaties zullen hun mening kunnen uiten en input kunnen leveren voor discussies over de wijze waarop het handelsgedeelte van de overeenkomst wordt uitgevoerd.

  1. Goede regelgevingspraktijken en samenwerking op het gebied van regelgeving

De overeenkomst bevordert transparantie in het regelgevingsproces en zorgt ervoor dat tijdig informatie beschikbaar is met openbare raadplegingen, effectbeoordelingen van voorgestelde regelgevingsmaatregelen en herzieningen van regelgevingsmaatregelen. Daarnaast kunnen Nieuw-Zeeland en de EU samenwerken aan regelgevende activiteiten van wederzijds belang.

  1. Kleine en middelgrote ondernemingen

De overeenkomst voorziet in de specifieke behoeften van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s). Beide partijen moeten op een specifieke kmo-website informatie over markttoegang verstrekken en aan beide zijden een „MKB-contactpunt” oprichten om samen te werken bij het identificeren van manieren waarop deze ondernemingen kunnen profiteren van de mogelijkheden die de overeenkomst biedt.

  1. Energie en grondstoffen

Het hoofdstuk Energie en grondstoffen vult de bepalingen van andere hoofdstukken met betrekking tot energie aan (goederen, diensten en investeringen, technische handelsbelemmeringen, staatsbedrijven, aanbestedingen) door op een aantal gebieden aanzienlijke waarde te leveren. Het hoofdstuk verbiedt exportmonopolies voor energie of grondstoffen, verbiedt ongerechtvaardigd overheidsingrijpen in de prijsstelling van energiegoederen en grondstoffen en verbiedt uitvoer- of dubbele prijsstelling wanneer de uitvoerprijzen boven de binnenlandse prijzen zouden worden vastgesteld.

  1. Geschillenbeslechting

De overeenkomst voorziet in een eerlijk, efficiënt en doeltreffend mechanisme om geschillen op te lossen die kunnen ontstaan met betrekking tot de interpretatie en toepassing van de bepalingen ervan. Het omvat onder meer onafhankelijke panelleden en een eerlijk proces en transparantie met betrekking tot openbare hoorzittingen, de publicatie van besluiten en de mogelijkheid voor belanghebbenden om schriftelijk standpunten in te dienen.

Factsheets

Gidsen

Deze pagina delen:

Snelle links